MAAR WAT DOE JE DAN EIGENLIJK BIJ JOU IN DE PRAKTIJK?
Deze vraag wordt mij vaak gesteld. Door ouders, maar zeker ook door kinderen.
Kinderen hebben veel vragen in hun hoofd zitten, over van alles en nog wat. Maar als een kind iets ergs heeft meegemaakt, of er gebeurt veel in hun leven waar ze geen vat op hebben, zijn de vragen nog groter.
Dat zijn alleen vaak vragen die niet zomaar gesteld worden. Die blijven achter ‘gesloten deuren’ en kunnen pas worden pas gesteld als ze zich veilig en vertrouwd voelen. Dat kost tijd.
Voor een kind is het heel belangrijk om te weten dat alle vragen gesteld mogen worden en dat ze zelf de baas zijn over wanneer en hoe ze de vragen willen stellen.
Want daar komt een kind vaak pas achter als we samen een spelletje doen, aan het spelen zijn met bijvoorbeeld kapla, of tijdens creatief werk.
Kinderen hebben niet de woorden die volwassenen hebben om te vertellen wat ze vinden, voelen, of verwachten. Wel hebben ze veel gevoelens en emoties die in hun lijf zitten. Als er geen woorden zijn , maar wel veel emoties dan heeft het kind daar last van.
Ik help het kind (en de ouders) met de vertaalslag van die emoties. En dat is belangrijk. Dat geeft namelijk rust en duidelijkheid.
Natuurlijk afgestemd op het kind en op de gebeurtenissen die er hebben plaatsgevonden.
Verdriet en zorgen kosten veel energie… kinderen kunnen er moe zijn of er slecht van slapen. Belangrijk dus om fijne energie op te doen, je kracht te voelen en te geloven in een lichtpuntje.